Met deze struikelsteen herdenken we Albéric Reubens, geboren in 1921 in Dendermonde in de Boketstraat (was een kleine verbindingsstraat tussen de Noordstraat (later Noordlaan) en de Veerstraat. Ze verdween in de jaren zestig bij de aanleg van de Noordlaan). Albéric studeerde voor elektricien, maar ging in 1939 op 17-jarige leeftijd als vrijwilliger bij het leger, waar hij de volgende jaren promoveerde tot onderofficier. Na de 18-daagse veldtocht sloot hij zich aan bij de groep van Dom Anselmus, zijn geestelijke raadsman. Als lid van het Belgisch Vrijwilligers Legioen (B.V.L.) voerde hij voor hem als spion allerlei belangrijke opdrachten uit. Op 26 september 1942 werd hij, samen met een hele reeks andere leden van het Belgisch Vrijwilligers Legioen (B.V.L.) aangehouden door de Geheime Feldpolitzei (G.F.P.) en opgesloten in de Nieuwewandeling Gent. Na zijn veroordeling tot de doodstraf in Brugge kreeg hij, evenals de gebroeders Maes, genade. Zijn straf werd op 5 mei 1943 omgezet in 8 jaar dwangarbeid met deportatie naar Duitsland. Samen met Frans en Jozef Maes, volgde op 29 mei de overbrenging naar de gevangenis van Aken en verder naar diverse tuchthuizen, tot hij op 14 november 1944 werd overgeplaatst naar het concentratiekamp van Sachsenhausen. Hij werd er ingelijfd bij een arbeidscommando van de vliegtuigfabriek Heinkel. Zijn werk bestond er uit rivetteerwerk met samengeperste lucht. Het zware werk vergde vele slachtoffers onder de permanent ondervoede politieke gevangenen. Slechts de helft van de ca. 200.000 daar opgesloten gevangenen overleefden deze hel. Tot die slachtoffers behoorde jammer genoeg ook Albéric, die er van ontbering omkwam op 19 april 1945, twee dagen voordat de ca. 21.000 resterende gevangenen het kamp dienden te ontruimen voor het naderende Russische leger, dat op 22 april 1945 het kamp zou bevrijden.