Van gebedshuis tot bedevaartsoord
In 1607 stond Mespelare plots in het middelpunt van de belangstelling door de vondst van een uitzonderlijke schat van 800 tot 900 Romeinse aurei uit de periode 81 tot 193 na Christus. Na het verhuizen van de relieken van Sint-Aldegondis van Maubeuge naar Mespelare in 1634, groeide deze gemeente al snel uit tot een druk bezocht bedevaartsoord.
In de 17e eeuw werden het O.-L.-V.-altaar en het hoogaltaar volledig vernieuwd. De familie Goubau leverde geregeld bijdragen tot de opluistering van de kerk met zilverwerk, schilderijen en borduurwerk.
In 1745 werd de oorspronkelijke stenen torenspits door de bliksem getroffen en zwaar beschadigd. Men verving hem in 1756 door een houten spits, versierd met koperen bollen en een smeedijzeren torenkruis. Ook in de 18e eeuw werd de kerkinrichting uitgebreid met een orgel, glasramen, een dis, een doopvont, een preekstoel, een communiebank, twee biechtstoelen en een orgel.
In 1886 liet men de toren gedeeltelijk herstellen naar plannen van architect Edouard Bouwens. Momenteel ondergaat het kerkje een grondige restauratiebeurt.
Belangrijke archeologische ontdekkingen
Op de noordmuur werden muurschilderingen ontdekt van rond 1400. Op het stukje dat al vrijgelegd werd, staat een afbeelding van de H. Aldegonde met een gotische tekst erboven: "H. Aldegonde bid voor ons."
In het koor werd een 16e eeuwse damasttekening en ernaast een 17e eeuwse muurschildering gevonden waarop een balustrade afgebeeld wordt en een vaas met bloemen in de vorm van een granaatappel. Volgens de onderzoekers vindt men deze enkel in de Gentse Sint-Pietersabdij en in Slovakije nog terug.
In het koor is een mozaïekvloer blootgelegd van rond 1300. Op een vloertegel staat een afbeelding van een Duitse adelaar met wapenschild met Franse lelies en op een andere tegel een Vlaamse leeuw. Een combinatie die nog nooit eerder werd teruggevonden.
In het schip van de kerk, onder de huidige vloer, werden bij de opgravingen twee bakstenen vloeren in goed bewaarde staat blootgelegd. Deze zijn evenwel niet meer zichtbaar. De combinatie van de muurschilderingen en de oude vloeren doet de archeologen besluiten dat de kerk van Mespelare een van de best bewaarde middeleeuwse kerken van Vlaanderen is.
Beiaard met 21 klokken
In de luikamer van de toren hingen eeuwenlang twee klokken. De huidige luiklok werd in 1835 door Sébastien James gegoten. Van bij de wederopbouw van de toren in 1756 wou men het uurwerk van een voorslag voorzien. De hiervoor noodzakelijke klokjes zouden in het hoger gelegen lantaarnvormige gedeelte van de torenspits worden opgehangen. Deze beyaert van seven Klocken werd echter pas in 1777 aangekocht van Boudewijn Schepers, organist en beiaardier te Aalst. De klokken kwamen uit het atelier van de Brugse klokkengieter Georges Du Mery. In 1870 vulde de Leuvense klokkengieter Severinus Van Aerschodt dit klokkenspel aan met 14 klokken. Toen werd vermoedelijk ook het klavier, de gietijzeren speeltrommel en een nieuw gangwerk geïnstalleerd.
De beiaard werd in de loop der jaren verder uitgebreid zodat hij nu 21 klokken telt met een gezamenlijk gewicht van 381 kg.
Je kan de brochure onderaan downloaden.
Je kan Beiaard Dendermonde ook op Facebook volgen.
Heerlijkheidspaal
De heerlijkheidspaal fungeerde waarschijnlijk niet zozeer als schandpaal, maar als een zichtbaar teken van de heerlijkheidsrechten van de familie Goubau, heren van Mespelare en Gijzegem.
De paal staat op een rond hardstenen voetstuk met twee treden. De slanke zuil van blauwe hardsteen samengehouden door een metalen verankering is bekroond door een bolvormig ornament met voor- en achteraan een cartouche met centraal het wapenschild van de familie Goubau en een ridderhelm als topstuk.
Het topstuk werd mogelijk tijdens de Franse revolutie van de paal verwijderd. Op het einde van de 19e eeuw kwam het terecht in het stedelijk museum. In 1940 werd de paal als monument geklasseerd en ter gelegenheid van de restauratie van 1961 werd het bekroningstuk teruggeschonken en opnieuw op zijn plaats gezet.
Spaans Hof
Op wandelafstand kan je het Spaans Hof bewonderen aan de buitenkant. Het gebouw werd in 1643 in opdracht van Jean Goubau opgericht als verblijfplaats voor de vele pelgrims die Mespelare bezochten omwille van de relieken van Sint-Aldegondis.
Het 'Spaans hof' zou, zoals ook voor andere gelijknamige huizen uit de 16e-17e eeuw het geval is, zijn naam mogelijk ontlenen aan het feit dat het in de Spaanse periode werd opgericht; anderzijds zou het ook herinneren aan Spaanse militairen die het huis bij hun doortocht als logies benutten.
In de loop der eeuwen is het huis meerdere keren gerestaureerd door de verschillende eigenaren en bevindt zich nog steeds in uitzonderlijk goede staat.